boeddhisme ontstaan
Hoe is het boeddhisme ontstaan? Het boeddhisme is ontstaan in India rond de 5e tot 4e eeuw v.Chr. De grondlegger van het boeddhisme is Siddhartha Gautama, geboren in Lumbini, Nepal. Na jaren van meditatie, ascese en zoeken, bereikte hij verlichting onder de Bodhiboom in Bodh Gaya, India. Hij ontdekte onder andere de vier edele waarheden die de kern vormen van het boeddhisme. Hoe is volgens oude verhalen, historische bronnen en overleveringen het boeddhisme ontstaan? Dat lees je in dit artikel! Het leven van grondlegger Siddhartha Gautama Siddhartha Gautama werd geboren rond 563 v.Chr. in Lumbini, in Zuid-Nepal. Hij behoorde tot de Shakya-clan, een welgestelde en invloedrijke gemeenschap. Zijn vader, koning Suddhodana, wilde dat Siddhartha een groot heerser zou worden en hield hem afgeschermd van de harde realiteit van het leven. Siddhartha groeide op in een omgeving vol luxe. Hij had alles wat zijn hart begeerde: prachtige paleizen, rijkdom, dienaren en een beschermde jeugd waarin hij geen armoede, ziekte of dood zag. Op jonge leeftijd trouwde hij met prinses Yasodhara, en samen kregen ze een zoon genaamd Rahula. Maar ondanks zijn comfortabele leven voelde Siddhartha zich niet tevreden. Hij ervaarde een onrustig gevoel van leegte en begon te twijfelen aan het nut van zijn luxueuze bestaan. De vier ontmoetingen Op zijn 29ste gebeurde er iets dat zijn leven radicaal veranderde. Volgens de overlevering ging Siddhartha voor het eerst buiten de paleismuren op pad. Tijdens deze uitjes zag hij vier dingen die hem diep raakten:
  • Een oude man: Siddhartha zag voor het eerst iemand die oud was, wat hem confronteerde met de onvermijdelijkheid van veroudering.
  • Een zieke man: Hij zag vervolgens iemand die ziek was, wat hem bewust maakte van de aanwezigheid van ziekte en het lijden dat daarmee gepaard gaat.
  • Een dode man: Daarna zag Siddhartha een lijk, wat hem het onvermijdelijke van de dood en de vergankelijkheid van het leven liet beseffen.
  • Een ascetische monnik: Ten slotte ontmoette hij een monnik die in meditatie was, wat hem inspireerde en hem een mogelijke weg toonde om het lijden te overwinnen.
Deze ervaringen, die bekendstaan als de vier ontmoetingen (soms ook visioenen genoemd), brachten Siddhartha tot het besef dat al het wereldlijke uiteindelijk vergankelijk is. Hij besloot dat hij zijn comfortabele leven moest opgeven om de oorzaak van het lijden te begrijpen en een oplossing te vinden. Het grote vertrek Siddhartha verliet zijn paleis in de nacht, een gebeurtenis die bekendstaat als het grote vertrek of de grote uittocht. Hij gaf zijn titel, rijkdom en familie op en begon aan een leven als ascetische monnik. Zijn zoektocht was gericht op het vinden van de waarheid achter het menselijk bestaan en een manier om het lijden te overwinnen. In het begin sloot Siddhartha zich aan bij een groep asceten die geloofden dat verlichting bereikt kon worden door extreme zelfdiscipline en het onderdrukken van alle fysieke verlangens. Hij vastte tot het uiterste, waardoor hij fysiek bijna uitgeput raakte. Maar uiteindelijk realiseerde hij zich dat dit niet de weg was naar bevrijding. Extreme ontbering bracht hem net zo weinig als het luxe leven in het paleis. Dit inzicht leidde tot zijn beroemde leer van de middenweg (Majjhima Patipada): de balans tussen uitersten. De middenweg De middenweg (Majjhima Patipada) in het boeddhisme verwijst naar de leer van de Boeddha over het vermijden van de uitersten van zelfverwenning en zelfkastijding. En in plaats daarvan het volgen van een gebalanceerde en gematigde benadering in het leven. Het is de weg naar verlichting die het midden houdt tussen twee extremen:
  • Het extreme van zelfverwenning: Dit verwijst naar het leven van luxe, plezier en overmatige bevrediging van de zintuigen, zoals Siddhartha Gautama als prins had ervaren voordat hij het paleis verliet.
  • Het extreme van zelfkastijding: Dit verwijst naar het leven van extreme ascese, waarbij je jezelf zware fysieke en mentale beproevingen oplegt in een poging om spirituele vooruitgang te boeken. Siddhartha had ook deze praktijk geprobeerd, maar ontdekte dat het geen verlichting bracht.
De middenweg is dus de balans tussen deze twee uitersten: een leven dat niet gericht is op overdaad, maar ook niet op zelfvernietiging. Het staat voor een gematigde levenswijze, die leidt tot innerlijke rust en spirituele groei. In de praktijk komt de middenweg overeen met het achtvoudige pad, de boeddhistische methode voor het beëindigen van lijden, dat bestaat uit richtlijnen voor juist inzicht, juist gedrag en juiste meditatie. Het benadrukt het belang van wijsheid, ethiek en concentratie als de weg naar verlichting. De verlichting Siddhartha besloot zijn zoektocht voort te zetten via meditatie. Hij ging onder een bodhiboom (vijgenboom) in Bodh Gaya zitten, vastbesloten om niet op te staan totdat hij de ultieme waarheid had bereikt. Na dagenlang intensief mediteren bereikte Siddhartha een staat van volledige verlichting. Hij begreep de aard van het lijden, de oorzaak ervan, en de manier om eraan te ontsnappen. Hij werd nu Boeddha genoemd, wat "de verlichte" betekent. Tijdens deze verlichting ontdekte hij de kern van zijn leer. De vier edele waarheden De vier edele waarheden vormen de kern van de boeddhistische leer en bieden inzicht in de aard van het lijden en de weg naar bevrijding ervan. 1. Het lijden (Dukkha) Het leven bestaat ook uit lijden, ontevredenheid en pijn. Dit geldt niet alleen voor fysieke pijn, maar ook voor mentale en emotionele stress, zoals verdriet, angst, frustratie en het besef van vergankelijkheid. Zelfs momenten van vreugde zijn vaak tijdelijk en zorgen uiteindelijk tot ontevredenheid. 2. De oorzaak van lijden (Samudaya) Het lijden wordt veroorzaakt door verlangens (tanha), gehechtheid en onwetendheid. Mensen verlangen naar dingen die ze niet kunnen krijgen, of ze zijn gehecht aan dingen die vergankelijk zijn, zoals materiële bezittingen, relaties en zelfs hun eigen identiteit. Dit verlangen en de gehechtheid creëren lijden. 3. De beëindiging van lijden (Nirodha) Het is mogelijk om het lijden te beëindigen door het verlangen en de gehechtheid los te laten. Door het verminderen van verlangens en het bereiken van een staat van "onthechting", kan je verlichting (nirvana) bereiken, een toestand van vrede, vrijheid en bevrijding van lijden. 4. De weg naar de beëindiging van lijden (Magga) De weg naar het beëindigen van lijden is het achtvoudige pad, een set van acht richtlijnen voor een ethisch en spiritueel leven. Dit pad gaat over juist inzicht, juist gedrag, juiste meditatie en juist bewustzijn, die samen zorgen voor wijsheid, moreel gedrag en mentale discipline. Samenvattend leggen de vier edele waarheden uit wat lijden is, waarom het ontstaat, hoe het kan eindigen, en hoe men het pad naar bevrijding kan volgen. Het achtvoudige pad Het achtvoudige pad is dus de praktische gids in het boeddhisme voor het beëindigen van lijden en het bereiken van verlichting. Het vormt het vierde aspect van de vier edele waarheden en biedt een stapsgewijze benadering om het lijden te overwinnen door middel van wijsheid, ethisch gedrag en mentale discipline. Het pad bestaat uit acht onderdelen die ik hieronder bespreek. 1. Juiste visie (of juist inzicht) Het ontwikkelen van het juiste begrip van de natuur van het bestaan, vooral het begrijpen van de vier edele waarheden en de vergankelijkheid van alles. Het is het inzicht dat lijden en de oorzaak van lijden kunnen worden begrepen en overwonnen. 2. Juiste intentie (of juiste gedachte) Het ontwikkelen van positieve, onzelfzuchtige bedoelingen. Dit gaat over het streven naar liefdevolle vriendelijkheid (metta), compassie (karuna) en het vermijden van negatieve gedachten zoals haat en verlangen. 3. Juiste spraak Het beoefenen van eerlijke, vriendelijke en oprechte communicatie. Dit betekent geen liegen, roddelen, harde taal gebruiken of anderen kwetsen met je woorden. 4. Juiste actie Je gedragen volgens ethische normen, zoals het vermijden van handelingen zoals moord, diefstal en seksuele immoraliteit en het zich inspannen voor anderen en hulp bieden. 5. Juiste levensonderhoud Het verdienen van een eerlijk inkomen zonder anderen te schaden. Dit houdt in dat je niet betrokken bent bij werk dat schade toebrengt aan mensen, dieren of de natuur, zoals handel in wapens, bedrog of andere onethische praktijken. 6. Juiste inspanning Het doen van inspanningen om negatieve mentale toestanden zoals verlangen, boosheid en verwarring te verminderen, en positieve toestanden zoals mededogen, wijsheid en vreugde te bevorderen. 7. Juiste aandacht (of juiste mindfulness) Het ontwikkelen van voortdurende aandacht en bewustzijn, vooral in het dagelijks leven. Dit betekent het opletten van gedachten, gevoelens en handelingen zonder oordeel, en het beoefenen van mindfulness, bijvoorbeeld tijdens meditatie. 8. Juiste concentratie Het beoefenen van diepe concentratie (dhyana) en meditatie, waardoor je mentaal kalm en helder wordt. Dit helpt om je geest te trainen, zodat je het lijden kan loslaten en uiteindelijk de verlichting kan bereiken. Samenvattend is het achtvoudige pad een gebalanceerde en praktische benadering voor het leiden van een ethisch, verlicht en tevreden leven. Het is een pad van zelfverbetering dat zowel mentale discipline als ethisch gedrag bevordert. De dood van Boeddha Boeddha overleed op 80-jarige leeftijd in Kushinagar. Dit staat bekend als zijn parinirvana, de laatste fase van bevrijding waarin hij het cyclische bestaan van wedergeboorte volledig verliet. De verspreiding van het boeddhisme De leringen van Siddharta en de boeddhistische gemeenschap ontstonden voornamelijk in India, waar hij zijn belangrijkste lessen gaf en zijn volgelingen zich verzamelden. Hoewel hij in Nepal werd geboren, was India dus de plaats waar het boeddhisme is ontstaan en zich verder ontwikkelde en later verder verspreidde in Azië, met diverse stromingen zoals Theravada, Mahayana en Vajrayana. Na de dood van de Boeddha werd zijn leer door zijn volgelingen verder verspreid. Vooral keizer Ashoka (3e eeuw v.Chr.) speelde een belangrijke rol. Ashoka bekeerde zich tot het boeddhisme en verspreidde het via missies naar Sri Lanka, Centraal-Azië, en zelfs naar Griekenland. Het boeddhisme verspreidde zich uiteindelijk naar:
  • Zuidoost-Azië (Thailand, Myanmar, Cambodja) via het Theravada-boeddhisme
  • China, Korea en Japan via het Mahayana-boeddhisme
  • Tibet via het Vajrayana-boeddhisme
Het boeddhisme begon dus met Siddhartha Gautama, die zijn luxe leven opgaf om een oplossing te vinden voor het lijden in de wereld. Hij ontdekte dat verlangen en gehechtheid de oorzaken zijn van lijden en ontwikkelde een praktische weg naar bevrijding. Door zijn eenvoud, toegankelijkheid en nadruk op compassie werd het boeddhisme een van de meest invloedrijke levensfilosofieën ter wereld. Leestips Ik kan me voorstellen dat je je nog meer wil verdiepen in wat boeddhisme precies is en hoe het is ontstaan. Hieronder geef ik daarom nog een paar leestips!
  • Boeddhisme voor Dummies
  • Het boeddhisme eenvoudig uitgelegd
  • In the Buddha's Words
  • Het hart van Boeddha's leer